Hoewel het ‘normale leven’ tien maanden na de verwoestende aardbevingen op 6 februari 2023 in het zuidoosten nog allesbehalve teruggekeerd is, verstomt de media-aandacht. Dat laat freelance journaliste Burcu Özkaya Günaydın via een videoverbinding vanuit een container in de zuidelijke provincie Hatay weten.
Günaydın is een van de journalisten die steun heeft ontvangen van het solidariteitsfonds dat Stichting Röportaj en de NVJ in samenwerking met journalistenbond DİSK Basın-İş in Turkije na de ramp hebben opgezet. Vanuit dit fonds zijn 38 journalisten geholpen die dringend eerste levensbehoeften nodig hadden. Die waren schaars in de nasleep van de aardbevingen, aldus Günaydın. “Deze hulp heeft mij heel goed gedaan. Ik had schoenen en kleding nodig, en kon die nu gelukkig aanschaffen.” Anderen besteedden de bedragen aan schoenen, jassen en powerbanks om hun apparatuur op te laden.
‘Een stem zijn voor de mensen hier’
Het kosmopolitische Hatay, waar Günaydın in 2018 neerstreek vanwege de liefde, is een van de zwaarst getroffen gebieden. Naar inschatting zijn de helft van de gebouwen in hoofdstad Antakya volledig weggevaagd of ernstig beschadigd. De journaliste vertrok na de aardbeving aanvankelijk uit de stad, maar kwam snel terug op haar beslissing.
“Als ik buiten (de stad) was gebleven, dan had ik een slecht geweten gehad. Ook al heb ik hier moeilijkheden, mijn geweten is meer op mijn gemak”, vertelt Günaydın, die naast het maken van reportages voor onafhankelijke nieuwsplatforms, werkt als fixer, waaronder voor Nieuwsuur. “Ik vond dat ik een stem moest zijn voor de mensen hier. Ik moest op de een of andere manier vertellen wat er hier gebeurde.”
Zelfcensuur
Dit gaat echter niet zonder risico, want in de nasleep van de aardbevingen blijft de overheid druk uitoefenen op journalisten. Zo werden al snel journalisten opgepakt voor het verspreiden van ‘desinformatie’. “De desinformatiewet hangt voortdurend als het zwaard van Damocles boven je hoofd. Je probeert heel voorzichtig te zijn. Als ik een nieuwsbericht maak, dan lees ik deze wel 50.000 keer door. Zodat ik niet in de problemen kom”, vertelt Günaydın. “Je doet aan zelfcensuur, of je dat nu wilt of niet. Want ik wil hier toch graag verder in de journalistiek.”
Er zijn ook plekken waarvan je weet dat ze offlimits zijn, legt Günaydın uit. “Ik kan de tent of containersteden van de AFAD (de officiële Turkse rampenbestrijdingsorganisatie) niet binnenkomen met mijn perskaart”, vertelt ze. Dit maakt het lastig om te weten wat er daar gebeurt, merkt ze op.
’De lokale journalistiek is vrijwel onbestaand sinds de aardbeving’
Wat verder haar werk broodnodig maakt, is de terugtrekking van de internationale en nationale pers uit het gebied sinds de verkiezingen in mei, aldus Günaydın. Daar bovenop heeft de lokale journalistiek ook een harde klap gekregen, benadrukt Ali Ergin Demirhan, bestuurslid van DİSK Basın-İş in Hatay, die hielp met verdelen van het solidariteitsfonds. ”De lokale journalistiek, die al zwak was in deze regio, is sinds de aardbeving vrijwel verdwenen”, vertelt Demirhan. Veel organisaties zouden hun deuren gesloten hebben vanwege het ontbreken van fatsoenlijke leef- en werkomstandigheden.
Omstandigheden die ook Günaydıns werk moeilijk maken. “Alles is verbonden via mijn telefoon. Ik maak (internet) verbinding via mijn telefoon. Ik koop voortdurend extra beltegoed. De elektriciteit valt ook heel vaak uit”, vertelt ze. Dit betekent dat ze het nieuws moet uitstellen tot de volgende dag of met haar telefoon moet typen. Ook heeft ze geen vaste werkplek en pleit ze voor een perscontainer.
Met de winter in aantocht zullen de problemen zich mogelijk alleen nog maar verder opstapelen. De overheid lijkt de ambitieuze belofte om de helft van het gebied binnen een jaar te heropbouwen niet te kunnen waarmaken. Veel mensen wonen daarom nog steeds in containerwoningen of tenten en zullen dit waarschijnlijk nog jaren moeten doen. Daarnaast zijn er drinkwaterproblemen en zijn er waarschijnlijk veel asbest en andere schadelijke stoffen vrijgekomen. “Deze stad vecht nog steeds voor haar bestaan vanonder het puin”, vertelt Demirhan.
Oproep voor steun
“Laat me hier nog eens een oproep doen”, schrijft Günaydın in een appje na het interview. “Tien maanden zijn voorbijgegaan. Hoewel de situatie niet zo erg meer is als op de eerste dag, duren onze problemen nog steeds voort. Als journalist die hier probeert te leven, heb ik nog steeds materiële en morele steun nodig.”