Journalisten Sedat Yılmaz en Dicle Müftüoğlu zitten sinds 3 mei 2023 vast in de beruchte Sincan-gevangenis in Ankara. De aanklacht tegen deze Mesopotamian Agency (MA) redacteuren is nog niet bekrachtigd, omdat de openbaar aanklager die bij de rechtbank van de verkeerde provincie had ingediend.
Yılmaz en Müftüoğlu worden beticht van 'lidmaatschap van een organisatie' en 'vorming of leidinggeven aan een gewapende terroristische organisatie'. Aantijgingen die journalisten in Turkije nogal snel aan hun broek hebben hangen. Volgens Müftüoğlu is hun arrestatie dan ook politiek gemotiveerd. ”We worden vastgezet omdat we Koerdische journalisten zijn”, schrijft ze vanuit de gevangenis op 29 september, precies 5 maanden na haar aanhouding.
De journalisten werden op 29 april, vlak voor de verkiezingen, in zuidoostelijke provincie Diyarbakır opgepakt tijdens een grootschalige operatie, die volgde op een eerdere golf aan arrestaties van Koerdisch-gelinkte journalisten, politici en advocaten. Bij de arrestatie van Yılmaz werd geweld gebruikt.
“Natuurlijk zorgde de veiligheidsdiensten van Ankara enkele dagen voor de verkiezingen voor een grote sensatie door nieuws te verspreiden waarin werd beweerd dat ‘de financiële bron van de organisatie is opgepakt”, aldus Müftüoğlu, waarmee ze verwijst naar de beschuldigingen dat ze onderdeel zouden zijn van de verboden Koerdische Arbeiderspartij (PKK).
Koerdische kinderTV opgevoerd als PKK-kanaal
Yılmaz’s 44 pagina’s tellende aanklacht bevat hoofdzakelijk informatie over de geschiedenis en activiteiten van de PKK. Daarbij worden ook nieuwsmedia zoals MA, Jin News, Artı TV, de Yeni Yaşam krant en het Koerdische kindertelevisienetwerk Zarok TV aangeduid als het ‘uitzend- en publicatiecomité’ van de PKK.
Ook Yılmaz’s Facebook-profiel, waar hij sinds 2017 niks meer op heeft gedeeld, is in de tenlastelegging opgenomen. Op basis van zijn gedeelde berichten en gevolgde pagina’s zou hij de ideologie omarmd hebben van verschillende ‘terroristische organisaties’. Verder werden ontmoetingen met journalisten Mehmet Ali Ertaş, Özgür Paksoy en Dicle Müftüoğlu ook als bewijs opgevoerd.
Telefoongesprekken gecategoriseerd als ‘organisatorische activiteiten’
Müftüoğlu’s aanklacht is vrijwel identiek aan die van Yılmaz. 41 van de 43 pagina's van de tenlastelegging zijn gewijd aan informatie over de PKK en de KCK, een koepelorganisatie van verschillende Koerdische (militante) politieke organisaties in Turkije, Iran, Irak en Syrië. Müftüoğlu's telefoongesprekken met journalisten, politici en mensenrechtenactivisten worden onder andere gecategoriseerd als ’organisatorische activiteiten’.
In de aanklacht wordt verder zonder bewijs suggereert dat Müftüoğlu bij een reis naar Irak in 2017 de grens was overgestoken met personen die banden hadden met ’de organisatie’. De aanklager voegde hier nog aan toe dat deze reizen 'in strijd waren met de normale gang van zaken'.
‘Geen muur kan ons weerhouden’
Hoewel het nog geruime tijd zal duren voordat de journalisten voor de rechter verschijnen, blijven ze vastberaden. “Ik weet dat geen enkele muur ons van ons beroep kan weerhouden”, schrijft Müftüoğlu van de gevangenis. Zij is overigens door de Nederlandse organisatie Free Press Unlimited genomineerd is voor de Most Resilient Journalist Award. Yılmaz, die tevens werkzaam is als kinderboekenrecensent bij BIA, blijft intussen doorgaan met zijn recensiewerk.