Article 19 heeft de Turkse regering opgeroepen leiderschap te tonen als voorzitter van het Comité van Ministers van de Raad van Europa door ingrijpende maatregelen te nemen met als doel de persvrijheid in Turkije te vergroten.
Internationale organisaties voor de persvrijheid dringen bij de Turkse regering aan op hervorming van wetgeving die de vrijheid van meningsuiting systematisch aan banden legt. Ook roepen zij op tot herziening van artikelen uit het Turkse Wetboek van Strafrecht die resulteren in veroordelingen van journalisten vanwege de uitoefening van hun werkzaamheden. Zo dringt Article 19 er bij de Turkse regering op aan “haar verplichtingen uit de Europese Conventie voor de Mensenrechten na te leven door onmiddellijk stappen te ondernemen om de situatie waarin de vrijheid van meningsuiting zich in Turkije bevindt het hoofd te bieden. Als voorzitter van het Comité van Ministers van de Raad van Europa beschikt Turkije over een uitstekende mogelijkheid om leiderschap te tonen en het recht op vrijheid van meningsuiting te respecteren en beschermen", stelt zij in een verklaring.
Hrant Dink en Cihan Hayırsevener
Article 19 is zeer kritisch over de rechtszaken tegen verdachten van de moordaanslagen op de Turks-Armeense journalist Hrant Dink en journalist Cihan Hayırsevener. Ook dringt zij aan op de berechting van de daders van de aanval op Ömer Çelik van Dicle News Agency (DİHA). Verder verwijst de organisatie naar gegevens van het Platform voor de Vrijheid van Journalisten (GÖP) waaruit blijkt dat nu in Turkije 44 journalisten in de gevangenis zitten. Daarnaast bekritiseert Article 19 de gevangenisstraf van elf maanden die is opgelegd aan Cem Büyükçakır van website HaberinYeri (Nieuws Site) op beschuldiging van belediging. "De Turkse autoriteiten maken oneigenlijk gebruik van artikelen uit het Wetboek van Strafrecht om kritische stemmen het zwijgen op te leggen. [...] Naast de vijftig journalisten die volgens de Europese Federatie van Journalisten gedetineerd zijn of in de gevangenis zitten, worden ruim 700 verslaggevers geconfronteerd met aanklachten. [...] Bovendien staat de vrijheid van meningsuiting van gemarginaliseerde groepen onder druk, onder wie etnische minderheden - in het bijzonder Koerden - homo’s en travestieten”, stelt Article 19. De organisatie wijst er op dat artikel 5651 - van toepassing op berichtgeving via internet - een andere reden is voor buitenproportionele straffen en boetes. Ook heeft zij kritiek op de rechtszaak tegen 152 Koerdische politici, mensenrechtenactivisten en andere vooraanstaande personen. Article 19 beschouwt deze gerechtelijke stappen als een poging om "politieke activiteiten van Koerdische groeperingen te belemmeren."
Klik hier om de volledige verklaring te raadplegen.