Turkije scoort opnieuw slecht in World Press Freedom Index

Turkije is tien plaatsen gedaald in de World Press Freedom Index 2011-2012 en staat nu op nummer 148. Volgens een rapport van Reporters sans Frontières (RSF) is het met de persvrijheid in slechts 31 van de 179 onderzochte landen slechter gesteld dan in Turkije. Premier Erdoğan ontkent dat de persvrijheid in zijn land onder druk staat.

Het RSF stelt dat Turkije ‘terugvalt in haar oude gewoonten'. "Ondanks de diversiteit en dynamiek van de media in Turkije stond 2011 in het teken van een dramatische escalatie van de repressie van journalisten. Onder het voorwendsel van terreurbestrijding belandden tientallen verslaggevers zonder enige vorm van proces in de gevangenis. Dit gebeurde vooral in het kader van onderzoek naar het zogenoemde Ergenekon-complot en de KCK: een vermeende politieke afsplitsing van de PKK. Deze niet eerder vertoonde stijging van het aantal arrestaties, het afluisteren van journalisten en de minachting voor vertrouwelijke journalistieke bronnen creëren - net als in het verleden - een klimaat van intimidatie van de media", aldus RSF.

 

Op basis van gegevens van RSF heeft de positie die Turkije inneemt in de World Press Freedom Index zich sinds 2002 als volgt ontwikkeld: 2002: 100ste positie; 2003: 116; 2004: 114; 2005: 98; 2006: 100; 2007: 101; 2008: 103; 2009: 123; 2010: 138; 2011: 148ste positie.

 

Erdoğan: ‘Het Westen begrijpt ons niet'
Op dezelfde dag dat RSF haar internationale ranglijst bekend maakte, stelde premier Erdoğan dat zijn regering juist de weg naar persvrijheid vrijmaakt. Hij verklaarde dat het Westen geen begrip heeft voor de arrestatie van journalisten, omdat ‘westerse journalisten niet aanzetten tot een staatsgreep'. "Er is sprake van een campagne tegen Turkije door moordenaars van politieagenten, verkrachters en voorstanders van een staatsgreep door personen die zichzelf voordoen als journalist", aldus Erdoğan tijdens een toespraak op 25 januari ter gelegenheid van het 25-jarige bestaan van het islamitische dagblad Zaman (De Tijd). De premier beweerde dat journalisten die in de gevangenis zitten, zijn gearresteerd omdat zij in het bezit waren van vuurwapens of explosieven, vanwege het vervalsen van documenten, seksuele intimidatie, terrorisme of betrokkenheid bij een poging tot een staatsgreep.

 

Klik hier om de RSF 2011-2012 World Press Freedom Index te raadplegen.